Bismillaahir-Rahmaanir-Rahiem (In de naam van Allaah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige). Alle lof komt Allaah toe, vrede en zegeningen zij met de Boodschapper van Allaah, zijn familieleden, zijn metgezellen en degenen die zijn leiding volgen.
De Djinn kan voor de mens verschijnen in de gedaante van een mens, een dier en andere wezens.
Dat is in verschillende overleveringen bewezen.
Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe heeft verhaald dat de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam hem had aangesteld als bewaker over de Zakaat van Ramadhaan. Op een avond kwam een man en hij begon het voedsel (van de Zakaat) te scheppen (om mee te nemen). Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe pakte hem en zei tegen hem:
“Bij Allaah, ik zal jou naar de Boodschapper van Allaah brengen”.
De man klaagde en zei dat hij behoeftig was en dat hij een gezin had dat hij moest onderhouden. Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe liet ik hem gaan. De volgende dag zei de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam tegen Aboe Horayrah:
“O Abaa Horayrah, wat heeft jouw gevangene vannacht gedaan?” Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe zei: “O Boodschapper van Allaah, hij heeft geklaagd dat hij behoeftig is en dat hij een gezin onderhoudt, daarom was ik hem barmhartig en liet hem gaan”.
De boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam zei hierop:
“Voorwaar hij heeft tegen jou gelogen en hij zal (zeker) terugkeren”. Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe vervolgt:
“Omdat de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam niets dan de waarheid sprak, wist ik zeker dat hij terug zou komen”. Deze situatie heeft zich drie keer herhaald, en telkens vroeg de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam aan Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe wat zijn gevangene had gedaan en Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe gaf steeds hetzelfde antwoord. Maar bij de derde keer besloot Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe de man uiteindelijk naar de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam te brengen. De man zei deze keer:
“Laat mij gaan, dan zal ik je woorden leren waarmee Allaah jou zal baten”.
Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe: “vroeg welke zijn dat”? De man antwoordde:
“Wanneer je naar bed gaat, reciteer dan Aayah El-Koersie, vanaf het begin totdat je de Aayah hebt beëindigd:
{Allaah, er is geen God dan Hij, de Levende, de Zelfbestaande…} (Aayat El Koersie, dan zal een waker van Allaah bij jou blijven en er zal geen Shaytaan jou naderen tot aan de ochtend”.
Hierop zei de Profeet van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam:
“Hij heeft jou de waarheid verteld, ondanks dat hij een leugenaar is. Weet jij wie je de gedurende drie nachten sprak o, Abaa Horayrah?”
Aboe Horayrah radhiya Allaahoe anhoe zei: “Nee”.
De Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam zei: “Dat was een Shaytaan”¹.
In een andere overlevering vertelt Oebayyah Ibn Ka’b radhiya Allaahoe anhoe een verhaal dat zijn vader heeft meegemaakt. Zijn vader zei:
Wij hadden een Djorn², telkens bemerkte ik dat deze (inhoudelijk) steeds minder werd. Op een nacht toen ik hem bewaakte, kwam er een dier in de gedaante van een jongen met de leeftijd van een puber. Hij groette mij, en ik groette hem terug. Ik vroeg hem:
“Ben jij een mens of een Djinn?” Hij antwoordde: “Een Djinn”. Ik zei: “Geef me jouw hand dan”.
De Djinn gaf me zijn hand en deze was net een hand van een hond, en zijn haren de haren van een hond. Ik zei “Dit is de creatie (de schepping) van de Djinn”. (Met andere woorden: zo zijn de Djinns ook geschapen). De Djinn zei: “De Djinns weten dat er niemand onder hen is, die sterker is dan ik”. Ik vroeg: “Waarom ben jij hierheen gekomen?” Hij zei: “Wij hebben gehoord dat jij van Sadaqah houdt (dat je van het geven van liefdadigheid houdt), daarom zijn wij gekomen om wat van je voedsel te nemen”. Ik zei: “wat kan ons tegen jullie beschermen”? Hij antwoordde: “Deze Aayah die zich in Soerat El-Baqarah bevindt: {Allaah, er is geen God dan Hij, de Levende, de Zelf bestaande…} (Aayat El Koersie), wie deze in de avond reciteert, zal tegen ons beschermd worden tot aan de ochtend, en wie deze in de ochtend reciteert zal tegen ons beschermd worden tot aan de avond”. Hierna heb ik hem laten gaan. Toen het ochtend werd, ging ik naar de Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam en vertelde hem het verhaal. De Boodschapper van Allaah salla Allahoe aleihi wasallam zei: “Hij heeft gelijk, de kwaadaardige”³.
En Allaah de Verhevene weet het beste.